Op surfkamp in de provincie Groningen

Een surfkamp is een kamp waar je leert windsurfen. Een ander woord voor windsurfen is plankzeilen. De naam plankzeilen is vrij duidelijk je staat op een plank met een er boven op. Windsurfen is een watersport en wordt ook beoefend met de olympische zomer spelen. op de surfplank maak je een mast vast met om de mast heen een zeil om te kunnen sturen heb je een giek nodig deze zit aan het einde vast met een touwtje aan het zeil en aan de voorkant met een kliksysteem aan de mast. Bij windsurfen kom je vooruit door de wind die in het zeil blaast. Voor beginnende surfers zit er in het midden van de plank nog een zwaard gemonteerd deze is om de stabiliteit van de plank te vergroten. Deze borden worden vaak gebruikt bij een surfkamp of bij surflessen, omdat hier meestal beginnende surfers aan mee doen.

Bij een surfkamp leer je de basis van het surfen. Je leert dan onder andere om op de op plank te kunnen staan, het zeil op te trekken uit het water, je voort te bewegen, bocht draaien en de stand van het zeil te bepalen door met de wind te gaan spelen. Een surfkamp is meestal samen met een zeilkamp georganiseerd een surfkamp heeft als doelgroep de jeugd. Een surfkamp/zeilkamp duurt meestal van een weekend tot een week.

Binnen het surfen zijn er verschillende disciplines te surfen: slalom, zo snel mogelijk een parcours afleggen dat halve wind ligt. Wave, springen en golfrijden in de golven. Freestyle, springen en trucjes uithalen op vlak water. Course race, zo snel mogelijk een parcours afleggen dat zowel halve wind als in de wind ligt. Formula, variant van course race waarbij gebruik wordt gemaakt van een veel groter zeil. olympische klasse (formula), een eenheidsklasse waarbij iedereen vaart op het zelfde materiaal (merk en type) de laatste Nederlander won in 2012 goud op deze spelen dit was Dorian van Rijsselberghe. Speedsurfen, zo hard mogelijk varen, bij voorkeur op een ruimewindse koers en gericht op pieksnelheden of bijvoorbeeld een gemiddelde van 10 seconden of een vaste baan van 500m. supper-X, een slalomparcours moet worden afgelegd waarbij verplichte obstakels worden genomen en verplichte trucjes moeten worden uitgevoerd. En dan is er nog techno 293, dit is een jeugdklasse met lage instapdrempel waar zo snel mogelijk een parcours moet worden afgelegd dat zowel halve wind als in de wind ligt.